Coachen is niet een kwestie van eenrichtingverkeer. Je neemt altijd jezelf mee in de relatie. En daarbij komt nog: Je kunt met een client niet naar de plek waar je zelf nog niet geweest bent, laat staan niet bereid bent te gaan.
De relatie coach-cliënt brengt altijd voor beiden iets. Daar ben ik me ieder keer weer van bewust en ben ik elke cliënt dankbaar voor. Vaak benoem ik dat ook.
Sowieso ben ik dankbaar voor het vertrouwen dat zij me geven. Zo ben ik in de loop der jaren beetje bij beetje meer op mijzelf gaan vertrouwen; is mijn zelfvertrouwen gegroeid. Deze cliënt spiegelde mijn oude overlevingsmechanisme én mijn innerlijke wijsheid. Dank ons wel!
Hij wil leven, zegt hij. Hij is begenadigd en ooit prijzenwinnend kunstenaar, maar zijn creativiteit stagneert al een poos. En hij haalt niet uit het leven wat erin zit, zegt hij.
Hij heeft een goed verhaal. Woorden genoeg. In ons gesprek zijn tegenwerpingen zijn favoriet. It takes one, to recognize one en ik voel al snel dat we met praten niet veel verder gaan komen. Niemand gaat deze man kunnen overtuigen.
Ik kies dus al vroeg in onze sessie om naar een opstelling met bodemankers op de vloer te gaan. Klein, heel klein. Twee ankers: een voor hemzelf en een voor zijn leven. Hij legt zichzelf neer in het licht, gezicht in de zon die vandaag uitbundig in de ruimte schijnt. Zijn leven legt hij schuin achter zich, de andere kant op kijkend. Ze staan dus met de ruggen naar elkaar toe.
‘Dat leven wil ik niet’, zegt hij op enig moment.
Als ik hem uitnodig op zijn leven te gaan staan, ontvouwt zich een fysiek proces, dat voorbijgaat aan alle woorden. Heel langzaam zakt hij door zijn benen, tot hij op de grond zit. Meteen komen er situaties naar voren in zijn bewustzijn. Gebeurtenissen uit zijn kinderleven. Een onmachtig kind. Hij zakt steeds meer in de ervaring van het lijf en woorden zijn er nauwelijks meer nodig.
Bij ons afrondend gesprek aan tafel kijkt hij nog even naar de bodemankers: “twee kleuren die het verst van elkaar afliggen en samen de cirkel rond maken’.
‘Now you’re talking’, denk ik.
Thuisgekomen maakt hij een tekening van het proces en stuurt me die toe.
Een week later is hij er weer. We beginnen opnieuw met praten en deze keer is hij er zelf alert op dat we dat niet te lang doen.
‘Ik maak geen autobiografisch werk’, zegt hij, ‘ik ga een ander niet lastigvallen met mijn zielenroerselen en navelstaarderij’.
Woorden als moeite en moeiteloos komen langs. Spanning en inspanning. De moeite waard en ‘Ik heb het niet waar gemaakt’.
‘Wiens stem is dat, die dat laatste zegt?’, vraag ik hem en dat is meteen de aanloop naar een volgend stuk werk op de vloer.
Deze keer legt hij Zichzelf en zijn innerlijke, eigen stem neer. Naast elkaar. Spanning op de plek van zichzelf, de volwassen man die hij is. Nog veel woorden ook.
Op de plek van zijn eigen stem, ontvouwt zich eenzelfde proces als vorige keer: hij zakt beetje voor beetje in zijn lijf en in de ervaring. De woorden die er dan nog uitkomen, zijn van een andere orde.
Hij staat weliswaar met zijn ogen dicht, want zo werk ik met mijn cliënten, maar hij zegt: ‘Met mijn ogen dicht kan ik kijken, kan ik zien.’ De ruimte waarin hij kijkt, ervaart hij als heerlijk.
Minutenlang blijft hij staan op de plek van zijn eigen, innerlijke stem. Ademhalend, zich verbazend, lachend, huilend.
Als ik hem vraag of hij enige notie heeft van de volwassen man die naast hem staat, voelt hij verdriet en heeft hij het gevoel dat hij die man moet helpen.
Met alle ervaring, opgedaan op deze plek, stapt hij opnieuw op de plek van de volwassen man. En wat in een verhaal misschien soms té theatraal en overdreven lijkt, gebeurt als vanzelf in zijn lijf. Zijn armen bewegen heel langzaam naar buiten, alsof hij zijn vleugels spreidt, moeiteloos. Met verbazing voelt hij dat het zwaarder is om zijn armen dicht bij zijn lijf te houden, dan dat hij ze spreidt. Het is tijd! Met zijn gezicht in de zon, een belangrijke krachtbron, ontvouwt het proces zich verder. Op de achtergrond zet ik Xavier Rudd aan met ‘Follow the sun’. We zijn beiden stil en ontroerd.
Als we erover napraten, realiseert hij zich hoeveel hij heeft geprojecteerd op anderen, terwijl het over hemzelf ging. Hij spande zich in om anderen te helpen hun zintuigen te gebruiken om hun eigen wijsheid te ontdekken. Hij hielp anderen in plaats van zichzelf.
Hij laat me een kort gedicht horen dat hij ooit schreef. Nou en of dat autobiografisch is!
Een laatste conclusie voor vandaag: jezelf ervaren of over jezelf denken, dat zijn twee heel verschillende dingen.
En omdat een proces niet ophoudt als een cliënt hier de deur uitgaat, rolt er ’s avonds, net als de vorige keer, een wonderschone tekening in mijn mailbox. Daarbij de mededeling: Ik kijk nu heel anders naar mijn eigen tekeningen.
Ja lieve man, je echte verhaal zit in je tekeningen. Het is tijd om dat te gaan zien.

Comments